EBIDAT - Die Burgendatenbank

Eine Initiative der Deutschen Burgenvereinigung Menu

Walenburg

Geschichte:

Walenburg werd voor het eerst genoemd in 1260. Helaas werd daar niet bij vermeld wie toen de eigenaar van het kasteel was. Waarschijnlijk waren de oudste bewoners leden van het geslacht Proeys. Zij droegen Walenburg aan het eind van de veertiende eeuw op aan de familie De Ridder van Groenenstein. Zo werd in 1444 Willem de Ridder van Lunenburg met Walenburg beleend, in opdacht van Hendrik de Ridder van Sandenburg. Willems kleinzoon, eveneens Willem de Ridder geheten, werd in 1526 beleend met het kasteel. Zijn zoon Nicolaas was in 1574 gedwongen om Walenburg te verkopen, vanwege grote schulden. Het huis ging over in handen van mr. Johan van Lendt. Hij verkocht het op zijn beurt in 1578 aan Johan van der Meer. Deze droeg het kasteel op 7 augustus 1582 over aan Jan van Hattum van Rhijnestein, die het huis nog dezelfde dag verkocht aan Johan Botter van Snellenburch. Het huis vererfde op zijn zoon Arent. Deze overleed echter kinderloos in 1611, en Walenburg ging over in handen van zijn zuster Agneta. Het vererfde in 1626 op haar zoon Alphart Hackfort tot Oosterholt. Hij verkocht Walenburtg in 1648 aan Diederik van Doeyenburch a Cuylenburch. Hij droeg het in 1661 over aan George Johan baron van Weede. Het huis vererfde daarna op zijn dochter Everdine Jacoba Wilhelmina, vorstinne van Anholt Berenborgh. Haar nakomelingen verkochten het in 1733 aan mr. Jan Robbert Mollerus. Hij verkocht Walenburg in 1761 aan Johan Mathys Semmelaar, heer van het gerecht Hardenbroek en kanunnik van het kapittel van St. Marie te Utrecht. Na de dood van zijn vrouw Anna Maria van Plasburg werd het huis in 1792 overgedragen aan haar zoon mr. Joachim van Vliet, heer van Hardenbroek. Tenslotte kwam Walenburg door overdracht in handen van Gijsbert Karel Cornelis Jan Baron van Lynden van Sandenburg. Zijn nakomelingen zijn nog steeds in bezit van de woontoren.

Bauentwicklung:

Zoals blijkt uit bouwhistorisch onderzoek is Walenburg rond het midden van de dertiende eeuw gebouwd. In eerste instantie bestond het huis uit een lage toren van 1 verdieping boven een funderingsgewelf. Dit gewelf was niet zichtbaar, doordat de voet van de toren ingepakt was in een kunstmatige terp, die waarschijnlijk bestond uit grond die afkomstig was uit de grachten. Bovenop de toren was een weergang met kantelen. Deze toren is tegen het eind van de dertiende of aan het begin van de veertiende eeuw met twee verdiepingen verhoogd. De ingang werd verplaatst van de zuidzijde op 2 meter hoogte vanaf de grond naar de oostzijde op 6 meter van de grond. De nieuwe (tweede) verdieping kreeg een zwaar kruisribgewelf van ca. 5,5 m. hoogte. Rond 1550 werd er een bouwdeel tegen de toren aan gebouwd. De ingang aan de oostzijde werd getransformeerd tot venster. Waarschijnlijk is toen ook de kunstmatige terp rond de voet van de toren afgegraven. Eveneens werd in de zestiende eeuw de kapconstructie vernieuwd. Het was waarschijnlijk in de zeventiende eeuw dat de aanbouw gedeeltelijk verhoogd werd, en voorzien van een topgevel. Ook werd de aanbouw toen verder uitgebreid naar het zuiden. In de negentiende eeuw was Walenburg in bouwvallige toestand geraakt. Dit werd zo erg, dat het huis in 1965 het huis onbewoonbaar werd verklaard. Er werd daarop een grootscheepse restauratie uitgevoerd. Van de zestiende-eeuwse aanbouw werden alleen de west- en zuidgevel behouden. De rest moest vervangen worden. De oostgevel werd in verband met bewoningseisen niet gereconstrueerd, maar in een achttiende-eeuwse sfeer vernieuwd. De westgevel kreeg een kleine uitbouw, waarin een spiltrap werd opgenomen. De woontoren is sindsdien niet meer ingrijpend veranderd.

Baubeschreibung:

Walenburg bestaat uit een vrijwel vierkante woontoren (14,60 m. hoog), woonvleugel en poortgebouw. De middeleeuwse woontoren is nog duidelijk herkenbaar in het tegenwoordige huis en staat op een omgracht terrein. De toegang tot de voorburcht wordt gevormd door een poort, die bij de restauratie in 1965-1967 is opgetrokken op de plaats van de oorspronkelijke poort. Deze was in het midden van de negentiende eeuw gesloopt. Op de voorburcht zelf is een tuin aangelegd.