EBIDAT - Die Burgendatenbank

Eine Initiative der Deutschen Burgenvereinigung Menu

Endegeest

Geschichte:

Jacob van Endegeest hield Endegeest in leen van de heren van Alkemade omstreeks 1300. Op 21 maart 1364 werd een Floris van Endegeest met de helft van Endegeest beleend door burggraaf van Leiden Dirk van Wassenaar. De andere helft werd in leen gehouden door Van Alkemade. Aan deze situatie kwam in 1448 een einde. Toen kocht Dirck van Zwieten het deel van Van Alkemade en droeg dit in leen op aan de burggraaf. Van 1439 tot 1574 werd Endegeest door overerving in leen gehouden door achtereenvolgens de Van Zwieten, de Van Berckels en de Van Endegeests. Van 1574 tot 1652 was het Endegeest in handen van Van Schouwen van Endegeest . In het begin van de 17e eeuw vond de belening plaats door Frederik Hendrik van Oranje, de nieuwe bezitter van de Wassenaarse heerlijkheden en lenen. Door vererving ging het goed in 1652 over op de familie Van der Rijt. Dit bleef zo tot 1747. Toen kwam het Endegeest in handen van de familie Van Gronsfeld. In 1787 werd Endegeest verkocht aan Samuel Radermacher. Hij breidde het terrein met 18 morgen land uit en droeg het eigendom van Endegeest in 1800 over aan de familie Gevers. De familie Gevers van Endegeest hielden Endegeest in eigendom tot 1896. In 1896 werd het kasteel met omringende terreinen verkocht aan de gemeente Leiden, die het complex bestemde tot psychiatrische inrichting. Momenteel biedt het kasteel huisvesting aan de Raad van Bestuur, concernstaf en Cliëntenraad van Rivierduinen, een organisatie voor geestelijke gezondheidszorg.

Bauentwicklung:

Aan het begin van de 14e eeuw bestond er al een huis Endegeest, blijkt uit de historische en archeologische gegevens. Het is echter onbekend hoe het toenmalige huis eruit moet hebben gezien. Daarvoor had het archeologisch onderzoek een te beperkt karakter. Het kasteel van Endegeest lag in de onmiddellijke omgeving van Leiden. Het stadsbestuur besloot daarom met het oog op een mogelijke belegering door de Spanjaarden alle gebouwen, bomen, steen- en kalkovens in de omgeving te slopen. In 1573 werd Endegeest gesloopt. Na 1574 besloot Maarten van Schouwen van Endegeest tot herstel of herbouw van Endegeest. Vast staat dat een deel van het kasteel bewoond was in 1623. In 1647 vond in opdracht van Elisabeth van Schouwen van Endegeest de bouw plaats van een nieuw kasteel. Hierbij werd de bestaande bouw vrijwel geheel gesloopt. In 1651 werden twee torens aan dit nieuwe gebouw toegevoegd. In de eerste jaren van de 18e eeuw ondergingen zowel het huis, in het bijzonder de voorgevel, als de omringende tuinen ingrijpende veranderingen in opdracht van Jacob van der Rijt. Omstreeks 1750 werden de achtergevel en de vertrekken op de bel-etage gemoderniseerd. Aan het begin van de 19e eeuw werden grote veranderingen aangebracht aan zowel het huis als de omringende tuinen. Van 1990 tot 1993 werd een het kasteel Endegeest gerestaureerd. Hierbij is het kasteel geschikt gemaakt voor de huisvesting van de directie, het bestuur en een deel van de ondersteunende diensten van het psychiatrische ziekenhuis Endegeest.

Baubeschreibung:

Aan het begin van de 14e eeuw bestond er al een huis Endegeest. Het is onbekend hoe dit middeleeuwse kasteel er uitzag, omdat het in 1573 op bevel van de stad Leiden werd afgebroken dan wel onbewoonbaar werd gemaakt, in verband met de dreigende belegering van de stad Leiden door de Spaanse troepen tijdens de Tachtigjarige Oorlog.
In het latere kasteel Endegeest zouden muurresten zijn opgenomen van het middeleeuwse kasteel Endegeest.